woensdag 30 april 2008

Dag 12: Monsoon seizoen



Vanavond hebben we gereserveerd bij 'Monsoon Restaurant', een klein stukje lopen vanaf het hotel. Het schijnt een van de beste restaurants in Stone Town te zijn en beroemd vanwege de dansvoorstellingen die worden gegeven op woensdag. Helaas zitten er slechts twee gasten. Dit blijken Nederlandse studentes te zijn. Vanwege het regenseizoen is het overal erg rustig. Een van de meiden heeft 3 maanden in een weeshuis gewerkt in Arusha. De andere doet in het kader van haar studie Communicatiewetenschappen onderzoek naar AIDS voorlichting. Hierna gaat ze naar Zambia. We vinden het ontzettend goed maar ook dapper wat ze doet! Het eten bij Monsoon is goed, maar het gebrek aan gasten is wel jammer. Rond 21.30u zijn we terug in het hotel. Bij de receptie komen we tot een goed compromis qua prijs voor de tour. Daarna snel even onze tassen pakken, aangezien we de volgende ochtend vroeg naar de Serengeti vertrekken.

Dag 12: Hakuna Matata





Zanzibar exporteert geen kruiden meer. Alle kruiden die men op het eiland produceert zijn voor lokale consumptie. Op het eiland zijn voornamelijk kleine privéplantages te vinden en slechts 1 hele grote die van de overheid is. Het interessante is dat Zanzibar rijk is geworden door de slaven- & kruidenhandel, maar bijna alle kruiden komen ergens anders vandaan! Perzië, Saudi Arabië, China, India, Indonesië etc. We leren van alles over nootmuskaat, kruidnagel, currybladeren, ananas, lipstick fruit, avocado, lemon grass, kaneel, bread fruit en vanille (duur door 'artificial pollination'), cardamom, gember, peper (groen, wit, zwart, rood; in volgorde van 'heetheid'). Ter afsluiting wordt een kokosboom beklommen om een kokosnoot te halen die we kunnen leegdrinken en eten. Een van de jongens die met ons meeloopt, heeft gedurende de tour van gras en bladeren twee hoeden, een stropdas, twee ringen, een zonnebril en een tas gemaakt en twee kettingen! Na diverse kleine kopjes thee (lemon grass, gember, vanille etc.) lopen we nog even langs het marktstalletje waar de diverse kruiden worden verkocht. Op de terugweg worden we getrakteerd op een prachtig uitzicht over het eiland. Terug in het hotel bedanken we Tahib uitvoerig. Als we vervolgens willen afrekenen met het hotel, schrikken we ons een hoedje. Tsh 84.000, dat klopt niet helemaal. Het zou dezelfde prijs zijn als de Stone Town Tour van gisteren, die een stuk goedkoper was. Aangezien we al redelijk laat zijn voor onze dinerreservering, spreken we af dat ze het een en ander gaan navragen bij de collega die de belofte heeft gedaan 's middags.

Dag 12: Marhubi Palace







Als we na de lunch de Serena Inn verlaten, staat Tahib al klaar. We stappen in dezelfde auto met Moshi als chauffeur, maar dat is dan ook de enige overeenkomst met de tour van vanochtend; Tahib's verhaal maakt een wereld van verschil. We stoppen wederom eerst bij Livingstone House waar Tahib vertelt dat men met dit huis Livingstone wilde omkopen zodat hij niet langer zou berichten over de slavenhandel. Het werkte echter niet, want hij bleef gewoon doorgaan. Daarna rijden we door naar de ruïnes waar we dit keer uitstappen en Tahib uitgebreid vertelt over de derde sultan van Zanzibar met zijn 99 concubines en 3 zwembaden. De sultan heeft een aquaduct aangelegd vanaf de 'berg' (een heuvel van ongeveer 200m boven zeeniveau) door middel waarvan de verschillende baden werden gevuld. Het water werd verwarmd door verhitting met houtvuren. Het verhaal gaat dat de vrouw van de sultan uit jaloezie het paleis heeft laten afbranden. Nadat we de overblijfselen van het paleis hadden bekeken, lopen we richting een baai waar vissers bezig zijn hun netten te repareren en werklieden met het bouwen van nieuwe boten. Er liggen allerlei soorten boten, van roeiboot tot fregat. Daar legt Tahib uit, dat de boten die door toeristen en brochures 'dhow' worden genoemd, helemaal geen dhow zijn! Een dhow is groot; eerder een fregat dan zo'n klein, iel zeilbootje. Deze heten heel anders! Ze hebben, net als wij, verschillende namen voor verschillende soorten boten.

Dag 12: Verloren ochtend

Het is vandaag prachtig weer en we hebben veel zin in de Spice Tour. Om 10.00u worden we opgehaald door Khaleid. Hij geeft aan eerst even langs de Bureau de Change te moeten, wat we vreemd vinden. Dan stappen we in een taxi met Moshi als chauffeur. Khaleid is moeilijk te verstaan, heeft weinig tekst en bovendien niet veel antwoord op onze vragen. We passeren het Livingstone House en de ruïnes. Khaleid vertelt bij beide gebouwen een ultrakort verhaaltje en als we richting de spice plantation gaan, stapt hij ineens uit en stapt ene Abdul in! Wij verbazen ons erg over de gang van zaken en zijn eigenlijk totaal niet tevreden over de kwaliteit van de tour tot dusver. Khaleid was moeilijk te verstaan, maar Abdul praat echt in raadsels. Uiteindelijk hakken we de knoop door en geven aan Abdul en Moshi te kennen dat we terug willen naar het hotel. In het hotel kaarten we het probleem aan (Khaleid is daar inmiddels al). Er wordt goed mee om gegaan en uiteindelijk komen we overeen dat Tahib (die ons gisteren een uitstekende Stone Town Tour heeft gegeven) ons ook de Spice Tour zal geven 's middags! Omdat het gisteren zo goed was bevallen en er niet veel alternatieven zijn (met een goed uitzicht over de oceaan althans), gaan we wederom naar de Serena Inn om te lunchen.

dinsdag 29 april 2008

Dag 11: Diner op het dak



Het Towertop Restaurant staat bekend als een van de beste van Zanzibar en is daarom (en vanwege de bijzondere locatie en ambiance) erg populair. We hadden dan ook op aanraden van het hotel gelijk al bij de kamerboeking een "tafel" gereserveerd. Als we voor het diner op het dak aankomen, moet ik rechsomkeert maken naar de kamer, aangezien het een, zoals Arabische traditie betaamt, diner is dat zittend op kussens op de vloer wordt genuttigd. Mijn jurkje en hoge hakken zijn daar niet erg voor geschikt. Bovendien staat er iets van een windje, waardoor het toch wat kouder aanvoelt. Het jurkje is snel omgeruild voor een broek en een vestje waarna we ons kunnen laten wegzakken in de zachte kussens. De muziek, het eten en de ambiance, het lijkt erop alsof we ergens in een Arabisch land vertoeven in plaats van Afrika!

Dag 11: Stone Town Tour









Na onze lunch bij de Serena Inn lopen we snel (zowaar in 1x goed!) naar het hotel terug, frissen ons even op en dan staat Tahib al voor de deur om met ons de Stone Town Tour te doen. Hij is een goed verteller en weet erg veel over de historie en architectuur van Zanzibar. Gedurende de tour blijkt hij erg algemeen ontwikkeld te zijn en al snel bespreken we allerlei zaken van het dagelijkse leven in Afrika tot wereldpolitiek. Zanzibar heeft een belangrijke rol gespeeld in de slavenhandel. Dit, samen met de kruidenexport, heeft ervoor gezorgd dat Zanzibar op een gegeven moment het op 4 na rijkste land van de wereld was. Tahib leidt ons over de belangijkste markt van Stone Town en we vergapen ons aan de enorme stukken vlees die aan het plafond hangen. Ons verbaast het gebrek aan hygiëne op de markt (niets wordt gekoeld of afgedekt tegen vliegen etc). Op onze vraag of mensen hier niet continue ziek zijn, antwoordt hij dat alles wordt gekookt dan wel gebakken waardoor de meeste bacteriën wel worden gedood en dat daarnaast de mensen veel meer gewend zijn dan wij Europeanen. Een goed voorbeeld is het kraanwater. Lokale mensen hebben nergens last van als ze het drinken, maar buitenlanders wel. Het is een drukke bedoeling en er is werkelijk van alles te koop. Wist je dat er minstens 15 verschillende soorten mango zijn! Na een aangename middag waarin we veel hebben gezien en geleerd, nemen we hartelijk afscheid. We vinden het jammer dat de 'Spice Tour' die we voor morgen hebben geboekt, niet door hem wordt gegeven.

Dag 11: Lunch aan de Indische Oceaan



Door de wirwar van straatjes en het gebrek aan straatnaambordjes raken we enigszins verdwaald (wat overigens niet vervelend is in zo'n leuk stadje). Navraag bij een hotel levert een gids op die ons keurig naar de Serena Inn loodst. We vragen hem wat we hem mogen geven, maar hij wil er niets voor hebben. Een hand is voldoende. Overigens zijn geen van de winkel- & straatverkopers opdringerig. Er wordt een vriendelijk 'Jambo'! (Hallo) geroepen en je wordt uitgenodigd de verkoopwaar te bekijken, maar een vriendelijk 'Hapana, Asante Sana, Kwaheri' (Nee, heel erg bedankt, tot ziens) is voldoende om ze te af te wimpelen. De Serena Inn ligt pal aan de Indische Oceaan en het zonnetje komt er net lekker door als we op het terras gaan zitten. We bestellen een glaasje witte wijn en wat specialiteiten van Zanzibar. Het is lekker om na al het lopen even rustig in een stoel te kunnen zitten. Het is namelijk ontzettend warm in Zanzibar. Door de extreem hoge luchtvochtigheid (ons is verteld, meer dan 100%) zweet je continue. Zelfs als je net een douche hebt genomen, en je jezelf hebt drooggewreven, kun je er al bijna weer onder gaan staan, zo nat ben je van het zweet. In Dar was dit ook al merkbaar, maar op het eiland is het nog veel meer het geval. Uiteindelijk hebben we het zo naar ons zin, dat we het hotel moeten bellen om de Stone Town Tour die we hadden geboekt, een uurtje naar achteren te schuiven!

Dag 11: In Arabische sferen











Het Emerson & Green Hotel is een van de oudste in Stone Town op Zanzibar met een rijke historie. Er heerst een heel bijzondere, Arabische sfeer. We worden uitgenodigd voor ontbijt in het Towertop Restaurant, een van hun twee restaurants, dat zich op het hoteldak bevindt. We kunnen over heel Stone Town heen kijken en zelfs de Indische Oceaan. Terwijl wij van vers fruit, broodjes en koffie genieten, begint het behoorlijk te regenen. Logisch, aangezien we ons midden in het regenseizoen bevinden. We hadden ons er al op ingesteld, maar toch hopen we dat het snel zal ophouden. Na het ontbijt gaan we Stone Town verkennen. Iemand van het hotel begeleidt ons door de nauwe straatjes die meer op riviertjes lijken door al het regenwater wat er doorheen stroomt, naar het Zanzibar Coffee House wat een zusterbedrijf is van de Utengule Coffee Lodge in Mbeya waar we eerder tijdens de reis hebben overnacht. We hadden Francis toegezegd met Illa, de manager van het Coffee House, contact op te nemen om te checken of de betaling was doorgekomen. Nadat we een kop heerlijke koffie hebben gedronken, wordt Illa gewaarschuwd door het personeel. Het blijkt een leuke, Duitse dame te zijn die al heel wat jaren in Afrika heeft gewoond, maar in juni teruggaat naar Duitsland. We staan zeker een uur in haar kantoor te praten en controleren of de betaling is doorgekomen. Die is verwerkt gelukkig. Illa belooft Francis op de hoogte te stellen en na een hartelijk afscheid lopen we, terwijl we de exotische geurtjes opsnuiven, door de romantische straatjes en langs allerlei kleurrijke winkeltjes naar de Serena Inn.

Dag 11: Naar het 'Kruideneiland'





Gisteravond had Bruce ons op het nippertje nog gesmst dat we vanochtend om 06.15u zouden worden opgehaald voor de transfer naar Dar Es Salaam Domestic Terminal vanwaar onze vlucht naar Zanzibar zou vertrekken. Eerder gedurende de dag hadden we geprobeerd het hoofdkantoor van CC Africa in Dar te bereiken, maar dit was niet gelukt. Vervolgens is Bruce rond gaan bellen en mailen met als resultaat dat er inderdaad iemand komt voorrijden. Bruce belt zowaar om 06.00u nog op om te checken of alles wel goed verloopt. Aangezien hij belt vanuit Namibië is het daar 2 uur vroeger! We zeggen hem lekker te gaan slapen en dat we hem smsen als we er zijn. Het is een kort ritje naar het vliegveld. Daar nemen we afscheid van onze chauffeur, Ezechiel, en maken kennis met Beda. Hij begeleidt ons door de check-in en douane tot in de wachtruimte en legt uit hoe alles in zijn werk gaat. Als we straks aankomen op Zanzibar Airport worden we opgevangen door Bhimji. Beda geeft ons een tas van CC Africa cadeau met een prachtig, in leer ingebonden reisplan en informatie over alle locaties waar we naartoe gaan en neemt dan afscheid. We vliegen met Coastal Aviation in een Cesna waar zo'n 13 man in past. Aangezien vliegen niet mijn grootste hobby is, houd ik mijn ogen stijf dicht voor het grootste deel van de vlucht van 20 minuten. Na de landing zegt de piloot tegen mij: "Je moet niet bang zijn voor vliegen. Het is een stuk veiliger dan autorijden in Dar. Wij hebben tenminste een licentie!". Bhimji staat al op ons te wachten en regelt een taxi naar het Emerson & Green Hotel waar we de komende 2 nachten zullen verblijven.

maandag 28 april 2008

Dag 10: Spitsuur in Dar Es Salaam



Om na te gaan wat de schade zou kunnen zijn van gelode benzine, bellen we de Jeep dealer. De sales manager vraagt het na bij de monteurs en dan blijkt dat de motor er feitelijk geen schade van oploopt. Na 3 x ongelode benzine tanken zou de motor weer helemaal 'schoon' moeten zijn. Het enige nadeel van gelode benzine is het hogere verbruik. Dat geeft in ieder geval een wat geruster gevoel voor de rest van de reis. Maar voorlopig hebben we de tank en jerrycans gewoon lekker vol met ongelode benzine en zal de auto langer dan een week niet van zijn plek komen! Zoals beloofd aan Mohammed en Bruce bellen we hen om te laten weten dat het gelukt is met de brandstof. Het verkeer was al een stuk drukker geworden naarmate we dichterbij Dar Es Salaam kwamen, maar nu wordt het echt menens! Het is zo druk, dat er zelfs tegen het verkeer wordt ingereden om de stad uit te komen. Dit levert gevaarlijke situaties op. Het helpt ook niet dat niemand bereid is een ander ertussen te laten. Op hoop van zegen wringen we ons ertussen en na een klein ommetje in verband met wat onverwacht eenrichtingsverkeer rijden we rond 16.30u (ondanks alle perikelen toch nog lekker op tijd) de parkeerplaats van het hotel op. Op aanwijzing van de parkeerwacht mogen we de auto pal voor de ingang parkeren. De parkeerwacht overspoelt ons met dankbetuigingen als we hem de inhoud van de koelkast overhandigen en belooft de auto niet uit zijn zicht te laten. We halen de spullen uit de auto die we de komende 9 dagen nodig hebben. De rest dekken we af met wat dekens. Het Kilimanjaro Hotel Kempinski is werkelijk een juweeltje. Na de sauna in de auto gedurende de laatste 200 km van de in totaal 511 km van Iringa naar Dar, is de airco in de hotellobby en de kamer werkelijk een verademing! En dan heerlijk schoonspoelen onder een warme douche! Wat een genot. Aangezien we niet veel puf meer hebben om de straat op te gaan en de volgende ochtend vroeg moeten vliegen, eten we in het hotel en gaan we op tijd naar bed.

Dag 10: Sauna!







Als we wakker worden, tikt de regen tegen de tent. We zijn blij dat we voor een tent van de campsite hebben gekozen, anders had onze tent nat in de zak gemoeten en daar moeten blijven voor langer dan een week. Snel een ontbijtje (met gekookt eitje!) en een kop koffie en rond 08.00u zijn we onderweg naar Dar Es Salaam. Op de campsite hebben we de tank bijgevuld met de twee jerrycans en we hebben al besloten desnoods gelode benzine in de auto te gooien, want zonder brandstof komen we helemaal nergens. Als we hier al geen ongelode benzine kunnen krijgen, hoe zal het dan zijn in Zuid-Tanzania en Noord-Mozambique, vragen we ons af... Onderweg komen we door een schitterend gebied waaronder Udzungwa Mountains en Baobab Valley Reserve. De Tanzam Highway doorkruist bovendien het Mikumi National Park. En zowaar, net nadat we het park zijn binnengereden, steekt een kudde olifanten de weg over en later zien we giraffes en buffels. Er staan overigens geen hekken omheen. Er zijn alleen twee toegangspoorten op de Highway zelf en er is een snelheidslimiet van 70 km/u overdag en 50 km/u 's nachts, waar overigens niemand zich aan houdt met als gevolg dat tussen 1992 en 1997 zeker 450 grote zoogdieren zijn doodgereden (waaronder een groot aantal leeuwen). Gisteravond hebben we van Sharron de contactgegevens van Mohammed gekregen (sales manager BP in Tanzania). Hij geeft aan dat dat we in Morogoro ongelode benzine zouden moeten kunnen krijgen. De verbinding is erg slecht, waardoor we uit zijn advies begrijpen dat we de stad moeten inrijden. Morogoro is op zich een aangenaam stadje met een goede sfeer, maar wel een soort mini Dar Es Salaam qua verkeer. Overal lopen mensen en dieren, rijden auto´s, busjes, handkarren en karren die worden voortgetrokken door ezels. We vragen wat rond en met handen en voeten als communicatiemiddel (probeer maar eens iemand te vinden die Engels spreekt!) worden we uiteindelijk teruggestuurd naar de Tanzam Highway waar de BP gewoon direct aan blijkt te liggen. We parkeren onze auto bij de 'Unleaded' pomp, maar de medewerkers schudden hun hoofd. Even denken we nog dat zij denken dat wij bij de verkeerde pomp staan (de meeste 4x4's hier rijden op diesel en we hadden al vaker meegemaakt dat we naar de dieselpomp werden gedirigeerd), maar in dit geval is er sprake van een heel andere situatie. Navraag bij een van de pompmedewerkers leert dat ze wel ongelode benzine hebben, maar dat de pompen het niet doen! We bellen Mohammed weer op. Het volgende BP tankstation is in Kipaha, vlak voor Dar Es Salaam. We zetten de airco uit om brandstof te sparen en gokken het erop. De weg wordt steeds drukker naarmate we dichterbij Dar Es Salaam komen. Dan zien we het tankstation aan de andere kant van de weg. We zijn al opgelucht aan het ademhalen als ook hier de pompmedewerker hoofdschuddend naar ons toekomt. 'No petrol'! Blijkt dat bij dit station de pompen het wel doen, maar dat er een probleem was geweest met de levering waardoor ze geen brandstof hebben! Weer Mohammed gebeld en dit keer ook onze contactpersoon bij CC Africa, Bruce. Morgenochtend vliegen we namelijk naar Zanzibar en als we die vlucht niet halen, valt ons volledige CC Africa avontuur naar Zanzibar, Serengeti & de Ngorongoro Crater in het water. Mohammed vertelt ons dat we over zo'n 20km nog een BP station tegenkomen wat zeker brandstof zou moeten hebben. Op hoop van zegen rijden we verder. En inderdaad, we zien na zo'n 25 km een BP aan onze linkerkant en dit keer dirigeert de pompmedewerker ons gewoon naar de 'Unleaded' benzinepomp. Opgelucht gooien we de tank en de jerrycans vol terwijl we ondertussen een les Swahili krijgen van de pompmedewerkster. 105 liter in 1 tankbeurt!!

zondag 27 april 2008

Dag 9: Benzinetest







De rit van Mbeya naar Iringa (338 km) zou zo'n 4 à 5 uur moeten kosten en dat klopt inderdaad. De Tanzam Highway, zoals de weg tussen Zambia en Dar Es Salaam wordt genoemd, is over het algemeen goed. Slechts op enkele plekken bevinden zich potholes. In Iringa dient zich onze volgende uitdaging aan (wij noemen het gewoon even een PROBLEEM!). We proberen zo goed als alle tankstations, maar geen enkele verkoopt ongelode benzine! Eentje beweert ongelode benzine te hebben, maar aangezien dit niet pomp staat, vertrouwen we hier niet op. Hij biedt nog aan de benzine te 'testen' door wat uit de pomp te pompen en te ruiken dan wel proeven. Dit aanbod slaan we uiteraard af. We rijden zelfs de berg op waar het stadscentrum ligt, maar ook daar geen druppel ongelode benzine te vinden. Tenslotte rijden we maar gewoon naar de campsite om daar advies in te winnen. De 1,5 km vanaf de hoofdweg is wederom een ware off-road piste. De campsite is prachtig gelegen in een bos aan een rivier, wel te verwachten gezien de naam (Riverside Campsite). We slapen in een tent van de campsite, aangezien we na vanavond meer dan een week niet in onze tent zullen slapen en hem niet nat willen laten regenen. We regelen een karaf met wijn bij de eigenaar en een fles water. Vervolgens even het thuisfront geïnformeerd dat we goed zijn aangekomen en aan het koken gegaan. Helaas wist de eigenaar niet waar we ongelode benzine konden krijgen. Op zo'n moment is het erg handig om voor een oliemaatschappij te werken! We sms'en een collega en tevens vriendin in Zuid-Afrika voor de contactgegevens van de sales manager van BP in Zuid-Afrika. Ze had al toegezegd zijn naam en nummer aan ons door te geven om hem te kunnen ontmoeten in Dar Es Salaam.

Dag 9: Wat is de wereld mooi!

Rond 06.30u zijn we wakker en gaan er gelijk uit om nog voor het ontbijt naar de bank te rijden. We gokken op Stanbic omdat dat de bank is waar we in Gaborone, Botswana, ook hebben kunnen pinnen. We komen bij een Oilcom tankstation een groot Stanbic bord tegen met ATM. De moed zinkt ons in de schoenen als we weer alleen het Visa teken zien. Maar als we voor de ATM staan, staan op de geldautomaat alle tekens voor Mastercard, Maestro, Cirrus etc.! En ja hoor, na een paar minuten hebben we onze portemonnee weer gevuld met geld! Wat een opluchting. Nu nog onderhandelen met de manager over de betaling via internet. De betaling stond qua status nog steeds op "wordt verwerkt". Als hij dit niet accepteert, bestaat het risico dat hij ons het geld niet wil geven. Dan zouden we een paar honderd euro kwijt kunnen raken als hij het bedrag niet zou terugstorten. Maar als we terugkomen bij de lodge, is hij er al (tot onze verbazing!). We hadden verwacht dat hij er pas laat zou zijn, dus dit valt alleszins mee. Na het goede nieuws met hem te hebben gedeeld, hebben we de status van de transactie aangekaart en tot onze nog grotere verbazing zegt hij toe ons het geld gewoon te geven! Na het stroeve begin verloopt het contact nu ontzettend soepel. De wereld ziet er ineens een stuk rooskleuriger uit. We genieten daardoor extra van het uitstekende ontbijt: een Spaanse omelet (ei met tomaat, paprika etc.), vers fruit en even verse vruchtensap. Uiteraard vergezeld door een kan uitstekende koffie! We praten nog even na met Francis (tijdens onze tweede kan koffie) en vertrekken dan uiteindelijk om 11.15u (veel later dan gepland) naar Iringa.

Emma Hyun Soon Victoria!

Om 08.35u bereikt ons het bericht dat mijn broer, Theo en zijn vrouw, Anita, een tweede dochter hebben gekregen en Lynn een zusje erbij, Emma!

zaterdag 26 april 2008

Dag 8: Liquiditeitsproblemen









Nadat we de grens met Tanzania zijn gepasseerd, komen we al snel allerlei leuke dorpjes tegen waar, naast allerlei ander fruit, enorme hoeveelheden bananen worden aangeboden. Onderweg komen we er ook achter dat de klok een uur vooruit is gegaan, doordat Tanzania een andere tijdzone heeft. Het is dus geen 13.45u maar 14.45u inmiddels. Het is een heel afwisselend, mooi landschap met heuvels die bijna het predicaat berg verdienen, groene velden, bos, palmbomen en riviertjes. De kwaliteit van de weg is uitstekend waardoor we rond 16.00u Mbeya binnenrijden. We gooien de auto vol bij de BP aan de Tanzam Highway en schrikken ons een hoedje aangezien de benzine gelijk ons hele budget aan Tanzaniaanse Shillings opslokt! In Zambia hadden we gemerkt dat we niet konden pinnen met onze Mastercard/Maestro/Cirrus kaarten en ons contant geld in US dollars was inmiddels aardig geslonken. Ons gebrek aan liquide middelen begint ons daardoor aardig zorgen te baren. We rijden naar de lodge zodat we daar advies kunnen inwinnen en hulp kunnen vragen. We rijden een bord van de lodge voorbij en moeten keren. Daarop rijden we het smalle, drukke, met marktstallen en mensen gevulde straatje in tot we niet verder kunnen omdat de brug over de rivier is verdwenen. We keren en rijden terug in de richting van Mbeya in de hoop dat we een bord gemist hebben. En inderdaad, vanaf deze kant zien we een bord met 'Diversion Utengule Coffee Lodge'. We moeten ongeveer een kilometer off-road omrijden, dwars door de achterstraatjes van een dorpje om aan de andere kant van de rivier weer op de asfaltweg naar de lodge uit te komen. Vanaf daar is het nog ongeveer 8 km waarvan het grootste deel een goede gravelweg. Eenmaal aangekomen bij de lodge bewonderen we het prachtige uitzicht dat je hebt vanaf het terras. Omdat de lodge vrij hoog ligt, kun je ontzettend ver kijken. Bovendien ligt het terras op het westen waardoor we de prachtige zonsondergang in volle glorie van begin tot eind kunnen aanschouwen. Bij het inchecken blijkt echter dat ze geen credit cards accepteren. In het begin verloopt het contact met de manager stroef, maar we oefenen wat diplomatie uit en hij ontdooit. Gelukkig hebben ze internet bij de lodge. Hierdoor kunnen we het geld overmaken via internet. We maken wat meer over dan de kamer en het eten daadwerkelijk kosten zodat de lodge ons dat contant kan geven. Op die manier hebben we tenminste voldoende om de brandstof tot aan Dar Es Salaam te betalen. Even overwegen we nog om naar Mbeya terug te rijden naar de bank om te zien of we hier wel kunnen pinnen, maar het wordt al donker. We proberen de liquiditeitsperikelen even te vergeten en te genieten van het uitzicht en het lekkere eten, maar dat blijkt best lastig.

Dag 8: Oh, hadden we maar meer tijd!





Om 07.00u zitten we aan het ontbijt (worst, aardappel, bonen en toast) en om 08.00u is de auto weer ingepakt en rijden we door het prachtig Noord-Malawische landschap richting Mbeya in Tanzania (zo´n 350 km). En dan... het meer!! Een prachtige azuurblauwe watervlakte strekt zich voor ons uit tot aan de horizon. Het is moeilijk om de aandacht te verdelen tussen de bochtige bergwegen en het schitterende water. Livingstonia moeten we helaas overslaan en op dit moment balen we wel echt even van het gebrek aan tijd. Rond 11.30u zijn we in Karonga. Vanaf daar is het nog 45km naar de grens. De wegen in Malawi zijn over het algemeen uitstekend wat het rijden minder vermoeiend maakt en ervoor zorgt dat je wat meer om je heen kunt kijken. Even lijkt de grensovergang lang te gaan duren, maar dan is het Carnet ineens gestempeld en vlak daarna ook de paspoorten. Ook bij deze grensovergang worden we getackeld door informele geldwisselaars. De douanier waarschuwt echter hier geen gebruik van te maken, maar naar het Forex Bureau te gaan in een gebouwtje tussen de grensposten van Malawi en Tanzania in. Hier krijgen we echter een erg slechte wisselkoers (100 US dollars tegen 107.300 Tsh). Nu hebben we de lokale valuta hard nodig om de brandstof te kunnen betalen, dus zit er niets anders op dan het te accepteren. De grenspost van Tanzania is een stuk minder relaxed. Zodra we komen aanrijden, worden we belaagd. Er wordt zelfs op de ruiten getikt om onze aandacht te krijgen. We wimpelen ze af en begeven ons naar de Immigration Office. Daar worden we doorverwezen naar de Customs Service Desk. Dit blijkt een kantoor met airco te zijn (héérlijk, want buiten is het een sauna). Een dame in weer een apart kantoor binnen dit kantoor handelt het papierwerk omtrent het Carnet de Passage af (Carnet, Road Tax en Vehicle Permit). We betalen in totaal 25 US dollar. Dan naar de douane voor de stempels in onze paspoorten. Dit verloopt heel soepel en aangenaam: "I wish you a very, very warm welcome to Tanzania. You will enjoy a lot!". We rijden richting de exit gate als we door een man worden gewenkt. We vragen hem om zijn legitimatie en dan blijkt hij een douanemedewerker te zijn die nogmaals het Carnet moet checken en de gegevens moet noteren van de bestuurder en de auto etc. Dan begint de speurtocht naar de 3rd party insurance. De dame in het kantoortje had ons aangeraden te onderhandelen. Eerder waren we al door meerdere mensen aangesproken, maar we hadden ze afgewimpeld. Eén daarvan blijkt echter bij een respectabel gebouwtje te horen met de toepasselijke tekst '3rd party insurance' erop. De verzekering zou 50 US dollars moeten kosten. Daarop beginnen we te onderhandelen en komen we uiteindelijk uit op 35 US dollar wat redelijk gemiddeld is. Als alles is ingevuld, komen we erachter dat we onvoldoende kleine coupures hebben. Of 25 of 100 US dollar. De verkoper stelt voor dat we het geld wisselen bij een van de informele geldwisselaars wat we afslaan. Ik maak hem duidelijk dat hij alleen 35 dollar kan krijgen als hij zorgt dat we het wisselgeld in dollars krijgen. En dat hij het anders moet doen met 25. Daarop stuurt hij iemand de straat op om wisselgeld te halen. Dit alles gebeurt trouwens in een ontspannen sfeer en aan het einde geven we elkaar netjes een hand en worden over en weer grapjes gemaakt. Opgelucht stappen we weer in de auto met de airco op MAX! Op naar Mbeya!

vrijdag 25 april 2008

Dag 7: Onhaalbare kaart

We vermoedden al dat we Chelinda Camp in Nyika National Park niet gingen redden en naarmate de dag vordert, wordt dit alsmaar duidelijker. We stellen onze plannen bij en kijken naar alternatieven in Nkhata Bay, Chitimba, Rumphi en Mzuzu. Uiteindelijk valt de keuze op Mzuzu, aangezien ook de rest niet haalbaar is bij daglicht en er voldoende accommodatie te vinden is. Onderweg verandert het landschap van een vrij vlak, droog bushveld naar een rollend heuvellandschap met groene velden, bomen en meren. Het levert prachtige vergezichten op bij de ondergaande zon. Op een vraag van Aldwin, die op dat moment rijdt, antwoord ik dat we inderdaad door een Forest Reserve rijden. Prompt zien we een bord van Luwawa Forest Lodge. Aangezien het al laat begint te worden, wagen we een gokje en rijden de gravelweg in naar de lodge. Het ligt een aardig stuk het bos in en onderweg komen we allerlei houthakkers en bosbouwers tegen. De lodge zou slechts 8 km van de weg af moeten liggen, maar na 10 km diep het (inmiddels aardig donkere) bos in te zijn gereden over een modderige slechte weg, keren we om en rijden terug naar de hoofdweg. Het is inmiddels al 17.00u en het wordt donker. Daarnaast komt een mist opzetten. Er zit niets anders op dan de laatste 50 km naar Mzuzu door het donker en de mist te rijden. Na een road block vlak voor Mzuzu en wat aanwijzingen komen we rond 17.45u aan bij Hotel Mzuzu. Tot onze grote frustratie blijkt het hotel volgeboekt te zijn i.v.m. een conferentie van Unicef! We zijn allebei doodop en gelukkig helpt de receptie ons om een goed plaatsje voor de nacht te vinden. Ze bellen een lodge in de buurt en die heeft nog ruimte. De receptionist tekent snel op een papier een routebeschrijving. In de auto komen we erachter dat op de achterkant van het papier de omzetcijfers van het hotel staan! Moni Lodge is simpel, maar schoon en we zijn allang blij dat we de auto veilig kunnen parkeren en een bed hebben om te slapen. De eigenaresse maakt een eenvoudig diner van rijst met een beef stew en wat groente klaar. Ondertussen zijn wij met een vruchtensapje neergeploft in de bank in de 'huiskamer' voor de tv waar we een tijdje Animal Planet kijken. We moeten wennen aan het klimaat. Het is nattig in Mzuzu en daardoor ook 'waterkoud'. Toch goed dat we ook wat warme kleding hebben ingepakt!

Dag 7: Grensovergang nummer 3



Vandaag zijn we extra vroeg opgestaan (4.45u) vanwege de lange rit die we vandaag voor de boeg hebben, van Kapani Lodge via Chipata naar Chelinda Camp in het Nyika National Park in Malawi (650 km). Christina heeft een extra vroeg 'cooked breakfast' voor ons geregeld en terwijl wij proberen enigszins een gat te slaan in de enorme berg voedsel, komen wat andere gasten de veranda oplopen. We praten nog even wat na met hen en het personeel, nemen afscheid en stappen de auto in. We hadden de auto voor het ontbijt al ingepakt, dus rond 06.30u bevinden we ons op de terugweg over het slechte gedeelte van de 130km lange gravelweg vanaf Kapani Lodge naar Chipata. Rond 10.00u gooien we daar de auto vol en een half uurtje later staan we bij de grens. Gelukkig verlopen de grensformaliteiten erg soepel. Na een klein kwartiertje is alles achter de rug. Dan Malawi. We vullen een formulier in en de paspoorten worden vrijwel direct gestempeld, net als de Carnet de Passage. De 3rd party insurance die we in het kantoortje vlak na de grens moeten aanschaffen, levert wat meer problemen op, doordat we nog niet over Malawische Kwacha's beschikken. Aangezien een bureau de change ontbreekt, zijn we aangewezen op de straathandelaartjes. Nadat we de wisselkoers enigszins hebben gecheckt in de reisgidsen, ruilen we onze Zambiaanse Kwacha's tegen de Malawische en nog een briefje van 100 US dollar. We laten de geldwisselaar de biljetten 1 voor 1 uittellen in Aldwin's hand en overhandigen ons geld pas als we de biljetten nog een keer hebben nageteld. Het klopt. Opgelucht gaan we terug naar de aardige dames in het kantoortje en die vragen ons hoeveel we hebben gewisseld en wat we ervoor hebben teruggekregen. Blijkt dat we in ieder geval niet zijn afgezet. We betalen de dames de MK 5.500 voor de verzekering en krijgen een sticker op de voorruit die 30 dagen geldig is. Rond 11.45u zijn we onderweg naar Lilongwe, hoofdstad van Malawi.

donderdag 24 april 2008

Dag 6: De laatste gamedrive







Dat wil zeggen, laatste gamedrive in South Luangwa NP. De middag heeft Aldwin voornamelijk in dromenland doorgebracht en ik op het terras met mijn neus begraven in mijn boek totdat de vervet monkeys en bavianen wel erg dichtbij komen. Het bed zag er zo comfortabel uit dat ik Aldwin lekker achterna ben gegaan en ook nog een kort dutje heb gedaan. Om 15.00u wordt de High Tea geserveerd en dan zijn we met Lawrence op een privégamedrive. Het wordt de succesvolste tot nu toe in South Luangwa NP. Leeuwen, olifanten, giraffes, Black-necked Spitting Cobra en als absoluut hoogtepunt een enorme kudde buffels (stuk of 1000) achtervolgd door een leeuwin. We hopen op een kill, maar in haar eentje heeft de leeuwin geen enkele kans. Op weg terug naar de lodge is het al donker en we komen een grote hoeveelheid nachtdieren tegen, zoals o.a. Genet, African Civet en Hyena's. Als we aankomen bij de lodge, blijkt dat ze een romantisch 'private dinner for two' hebben georganiseerd op de veranda van ons chalet.

Dag 6: South Luangwa National Park







Om 05.30u wordt op de deur geklopt om ons te wekken voor de ochtend gamedrive. Je wordt hier trouwens aan tafel geroepen voor de lunch en diner door ritmisch getrommel op traditionele drums. We eten en drinken snel wat terwijl we van een prachtige zonsopgang genieten over de lagune. De vissers zijn er al vroeg bij. Ik moet er niet aan denken om op zo'n iel, wankel bootje tussen al die nijlpaarden en krokodillen te gaan vissen! Tijdens de gamedrive ontpoppen onze medesafarigangers zich als echte 'birders' (vogelliefhebbers) met als gevolg dat we voor zowat elke vogel stil gaan staan. Af en toe stoppen, is natuurlijk heel normaal, maar dit stel leek, naast een liefde voor vogels, last te hebben van geheugenverlies. Ze kregen het namelijk voor elkaar om continue te roepen: Oh, what's that bird?? Terwijl we dezelfde vogel net 5 minuten geleden ook al waren tegengekomen. Lilac breasted rollers, Egyptian geese, Kingfishers, noem het allemaal maar op, tegen wil en dank weten we nu meer namen van vogels dan ooit te voren! Helaas houden de grotere dieren en katten zich vandaag goed verborgen, waardoor we al met al toch wat teleurgesteld terugkeren naar de lodge. Het reservaat is werkelijk prachtig, maar de wildlife sightings vallen tot nu toe erg tegen. De grote drukte in het park helpt ook niet, en is totaal tegengesteld aan wat we hadden verwacht op basis van alles wat we gelezen hadden over South Luangwa. Al snel is het tijd voor de lunch en wederom smaakt alles perfect. De vissers zijn nog steeds bezig en halen allerlei capriolen uit. Aldwin had niet goed geslapen en is ook nog steeds niet helemaal de oude dus die duikt lekker zijn bedje weer even in voor een paar uurtjes. Als ik naar de auto loop om mijn boek op te halen, loop ik Christina Carr tegen het lijf. Ze blijkt de vrouw van de zoon van Norman Carr te zijn, de oprichter en pionier op het gebied van wandelsafaris. We bespreken onze ervaringen tot nu toe en ze pakt het allemaal goed op. Ze bevestigt het verhaal van Lawrence over de wegen en de verantwoordelijkheid van de Wildlife Authority. Voor hen is het ook uitermate frusterend. Zo hebben ze al aangeboden zelf de wegen (voor eigen rekening!) te graden, maar hier kregen ze geen toestemming voor. Ze hebben al onderdelen aangeleverd en hulp aangeboden voor het maken van de machine. Dit alles is allemaal afgewezen. Na een gezellig gesprek nemen we afscheid en ik moet haar beloven te mailen als we veilig terug zijn in Johannesburg.

woensdag 23 april 2008

Dag 5: De eerste gamedrive









Kapani blijkt een paar kilometer buiten het South Luangwa National Park te liggen. Het mooie van het park is dat er geen hekken omheen staan. Je kunt dus overal de wilde dieren tegenkomen! Het is een redelijk succesvolle game drive. Zo zien we o.a. olifanten, giraffes, leeuwen met welpjes, zebra's en allerlei bokjes. Wat ons echter erg tegenvalt, is de hoeveelheid voertuigen. Lawrence (onze gids) vertelt dat de 'Wildlife Authority' de wegen nog niet heeft gerepareerd na het regenseizoen waardoor grote delen van het park niet begaanbaar zijn met als gevolg dat alles zich in een bepaald gebied concentreert. We stoppen voor de gebruikelijke 'sundowners' bij de gigantische Luangwa rivier. Surrealistische kleuren en het indrukwekkende vergezicht doen ons aan een tekening van Dalí denken. Het park beschikt over een enorm aantal nijlpaarden. Naast de sterke stroming is dat nog een overtuigende reden geen duik te nemen in de rivier. Op de terugweg naar de lodge zien we op afstand een luipaard en hyena's. Helaas kunnen we niet dichtbij genoeg komen. Na het uitstekende diner duiken we al snel ons bedje in.

Dag 5: Verwennerij



Nadat we een beetje hebben uitgeslapen (06.30u ging het alarm), maken we een lekker ontbijtje klaar met "bacon & eggs". Rond 09.00u rijden we weg bij Mama Rula's naar Kapani Lodge in South Luangwa National Park. De eerste helft van de ongeveer 130 km is gravel van prima kwaliteit. Bij de splitsing naar het Park komen we wederom een road block tegen. We worden wel aangehouden, maar na een prietpraatje mogen we al snel doorrijden. De weg verslechtert dramatisch. Zandheuvels, rotsen, stenen, modder etc. Het tweede gedeelte kost ons hierdoor 2/3 van de tijd. Na 3 uur rijden arriveren we bij de lodge. We worden hartelijk verwelkomd met een glaasje 'lime juice'. Als we de bagage uit de auto halen, komen we erachter dat de plug van de koelkast er een beetje los bij hangt. Door de slechte weg is een zware tas op de stekker terecht gekomen. Gelukkig werkt alles nog. Nadat we in ons ruime en zonnige chalet zijn geïnstalleerd, nemen we eerst een lekker warme (!) douche. Bij Mama Rula's was er geen warm water. Aldwin, dappere man, was wel onder de douche gegaan, maar doet het graag nog een keer over in deze luxe. Daarna volgt een heerlijke lunch op het terras met uitzicht over de lagune. De rest van de gasten heeft al gegeten, waardoor het lijkt alsof we de lodge voor onszelf hebben. Na de lunch relaxen we een tijdje bij ons chalet en dan: de eerste game drive van de vakantie!

dinsdag 22 april 2008

Dag 4: The Great East Road







Om 05.00u gaat de wekker. Terwijl Aldwin zich doucht, ruim ik vast de slaapzakken, stretchers, kussens en dekens op. Snel ontbijtje en dan de tent afbouwen. Wat een modder aan de onderzijde! In ons enthousiasme vergeten we de luifel mee op te vouwen. Dat zou ons nog een aantal keer overkomen... Dus, weer uitrollen, luifel erin, oprollen en schoonmaken. Rond 07.30u zitten we in de auto naar Chipata (570 km). Een spannende en lange trip, aangezien we dwars door Lusaka heen moeten, dat bekend staat om zijn drukke en chaotische verkeer. En inderdaad loopt het al voor de eerste rotonde aardig vast. Redelijk vergelijkbaar met een zware ochtendspits in Rotterdam, waar de Maasboulevard vanaf de snelweg tot aan het centrum vast staat! Een vrachtwagen en een busje hebben zodanig ruzie dat ze millimeters van elkaar verwijderd staan. Als we eenmaal de rotonde zijn gepasseerd, rijdt het redelijk door gelukkig en dan zitten we al snel op de 'Great East Road' naar Chipata. Op die weg komen we ons volgende "roadblock" (wegblokkade) tegen. Ook hier moeten we stoppen en wordt naar onze 3rd party insurance gevraagd. Even wat uitleg: in Afrika moet je bij elke grens voor elk land apart een 'derde partij verzekering' afsluiten. Ook al ben je 'comprehensively insured' (all risk verzekerd), toch moet je deze verzekering afsluiten! Daarna begint een prachtige, bochtige weg door een adembenemend landschap. We komen bijna geen verkeer tegen, maar wel continue voetgangers en fietsers. Net voor de brug over de brede Luangwa rivier komen we wederom een road block tegen (en we hadden er ook al een gehad in het dorp ervoor). Deze lijkt serieus te worden, aangezien we worden benaderd door een tot de tanden bewapende militair. We zetten onze zonnebrillen af, openen het bestuurdersraam, lachen vriendelijk en geven rustig antwoord op de vragen van de militair en de agent die daarna komt aangelopen. Ze willen wederom alleen de papieren zien en dan mogen we alweer door. De weg tot zover was supergoed, maar bij Sinda begint het slechtste stuk asfalt wat we tot nu toe hadden meegemaakt. We halen Chipata niet op 1 tank en willen in Katete de tank volgooien. Schrik, geen ongelode benzine! We besluiten door te rijden tot de tank leeg is. Uiteindelijk moeten we 2x stoppen om de tank bij te vullen vanuit de twee jerrycans die we mee hebben. Als we Chipata binnenrijden, komen we gelijk een Total tegen. Opgelucht gooien we de tank en de jerrycans vol. Vanaf daar is het nog maar een klein stukje naar de campsite, Mama Rula's.

maandag 21 april 2008

Dag 3: Mission Impossible





Dat is ons gevoel na ons vertrek richting Lusaka. Eerder hadden we bij de receptie nagevraagd waar we een adapter konden krijgen. Bij de Shoprite was het antwoord. In hartje Livingstone parkeert Aldwin de auto om (als enige blanke) de drukke Shoprite binnen te gaan. Ik blijf buiten in de auto op hem wachten. Binnen luttele seconden staan allerhand verkopers aan mijn raam. Allerlei prullen en dingen die je echt niet nodig hebt, proberen ze te slijten. Uiteindelijk druipen ze gelukkig af. Na meer dan 20 minuten wachten, begin ik me af te vragen wat er aan de hand is. Gelukkig komt hij dan toch naar buiten, maar... met lege handen. Wel een adapter gevonden, maar... geen betaling mogelijk met credit card, machine kapot (ja ja, dat zouden we later nog vaker horen). Dus, op jacht naar Zambiaanse Kwacha. Hadden we natuurlijk eerst moeten halen, maar ja. We hebben op weg naar de Shoprite wat banken en ATM's (geldautomaten) gezien. Hier zit het ons nog steeds niet mee. Geen enkele ATM accepteert Mastercard/Maestro/Cirrus. We besluiten terug te rijden naar een hypermodern winkelcentrum dat we waren gepasseerd op de weg naar het centrum. Tot onze opluchting bevindt zich daar een 'Bureau de Change' waar we de overgebleven Botswaanse Pula's, Amerikaanse dollars en Zuidafrikaanse randen wisselen tegen Kwacha. Ze hebben helaas nergens adapters, dus hebben we geen andere keus dan terug te rijden naar de Shoprite. Dit keer is Aldwin al na 5 minuten terug, mèt adapter! Een uur later is de missie dan toch voltooid. Op naar Lusaka. Gelijk als we Livingstone uitrijden, begint het feest alweer. We doen 1,5u over 78 km door de slechte conditie van de weg. Pas op! Pothole links, pothole rechts, pothole overal!! Gelukkig is het na Zimba goed asfalt. Rond 16.00u komen we aan bij de Kafuebrug en worden aangehouden door de politie bij een road block. Ze willen de verzekeringspapieren zien. Geen probleem. De agent werpt er een blik op en wenst ons een goede reis. Na 43 km bereiken we Eureka Campsite (zo'n 10 km voor Lusaka). Tent is snel opgezet en redelijk vroeg voor ons doen hebben we het diner achter de kiezen. Terwijl wij in onze stoelen relaxen, komt een auto aanrijden die met zijn koplampen alle andere campers verblindt. Het lijkt erop dat ze zoekende zijn, dus Aldwin loopt erheen om ze te helpen. Het was al pikdonker en ze zochten een goed plekje om hun auto met rooftoptent neer te zetten. Korte tijd later komen ze langs onze tent om ons te bedanken. Ons aanbod van een glaasje wijn nemen ze graag aan. Het blijkt een Brits stel (Tony & Jean) te zijn dat enige maanden geleden een auto heeft verscheept vanuit Engeland naar Dar es Salaam en van daaruit door allerlei Afrikaanse landen aan het reizen is. Twee uur later nemen we afscheid en wisselen we emailadressen uit.

zondag 20 april 2008

Dag 2: Rook die dondert







Na onze overtocht over de Zambezi is het nog maar een klein stukje naar Livingstone. Rond 15.00u zijn we bij Maramba River Lodge. We laden snel de auto uit en rijden dan naar de Victoria Falls. In 2004 waren we hier al, maar toen aan de kant van Zimbabwe. Het waterniveau was toen een stuk lager omdat het toen ver in het droge (winter)seizoen was. De massa water die over de kliffen stort, is overweldigend. De watervallen doen hun lokale naam Mosi-oa-Tunya ('de rook die dondert') alle eer aan! De regenjassenverhuur doet goede zaken, want bepaalde uitzichtspunten kun je niet bereiken zonder doorweekt te raken door de watervalregen. Er zijn veel mensen die ervoor kiezen dan maar wat kleding uit te trekken en er een soort douche van te maken! Het levert hilarische taferelen op. Mannen, vrouwen en kinderen komen als verzopen katjes teruglopen na een bezoek aan de uiterste rand. Door al het water is het heerlijk koel en met tegenzin begeven we ons weer in de hitte om terug te gaan naar de lodge. Onze braai doet keurig zijn werk en de taco's smaken dan ook uitstekend!