dinsdag 20 mei 2008

Dag 32: Laatste halte naar huis







Ons 'overland' avontuur door Botswana, Zambia, Malawi, Tanzania en Mozambique, is aangekomen bij de laatste tussenstop naar Nederland: we zijn weer in Johannesburg. Gelijk nadat we thuis zijn aangekomen, hebben we de auto uitgepakt. Terwijl Aldwin met de computers aan de slag gaat om updates te installeren en vervolgens het downloaden van de tig foto's te starten, stuur ik een sms naar het thuisfront om ze op de hoogte te stellen van onze veilige aankomst. Dan zijn de tassen aan de beurt. De wasmanden puilen uit van de was van onze 32 daagse reis! Terwijl ik de post uitzoek, email wegwerk en wat rekeningen betaal, haalt Aldwin boodschappen voor een 'potjiekos'. Als het potjiekos lekker pruttelt, praten wij na over de vakantie en maken we een begin met een update van het weblog.

Dag 32: Naar huis!



Dat wil zeggen, ons huis in Johannesburg! Om van onze buitenlandse valuta af te komen, betalen we de rekening van het hotel in een combinatie van US dollars en meticais. We moeten alleen nog wat meticais bewaren voor de tol. We vullen de tank bij vanuit de jerrycans, aangezien we de auto morgen moeten inleveren en de benzine uiteraard niet ongebruikt willen laten. Rond 08.30u zijn we onderweg naar Johannesburg. Dit keer rijden we zonder problemen de stad uit (bijna alleen maar rechtdoor richting het westen). Bij de tolgate wisselen we de overgebleven munten voor briefgeld zodat we het geld nog weer kunnen wisselen bij een Bureau de Change. Bij de grens worden we echter tegen betaling van onze laatste meticais door een 'mannetje' geholpen om de rijen te 'jumpen'. Aan de kant van Mozambique staat namelijk een enorme rij voor de immigratiebalie. Hij neemt ons mee naar een aparte immigratiebalie, speciaal voor mijnwerkers. Binnen 2 seconden zijn onze paspoorten gestempeld. Vervolgens neemt hij ons mee naar de douanebalie waar het stempelen van de Carnet nog wat uitleg aan de douanier vereist. Braaf stempelt en tekent hij waar wij het aangeven. De Zuid-Afrikaanse grenspost gaat net zo snel (dit keer zonder hulp) wat dit de snelste grensovergang maakt van de vakantie (een kwartier in totaal). We rijden Komatipoort in om Zuidafrikaanse randen te pinnen zodat we de tol kunnen betalen en we halen even een broodje bij de Spar om in een keer te kunnen doorrijden naar huis. Ons valt op dat de A4 is verbreed naar 4 rijstroken. Wat een verademing, geen potholes en rustig kunnen inhalen! Ik moet zelfs even wennen aan de hoge snelheid, aangezien we de 120km p/u slechts sporadisch hebben gehaald tijdens de rest van de reis!! Om 16.30u rijden we, na een goede, nauwelijks vermoeiende reis, de garage in. Heerlijk om weer thuis te zijn!

maandag 19 mei 2008

Dag 31: De deftige dame van Maputo



Rond 15.00u arriveren we aan de stadsrand van Maputo. We komen vanuit het noorden wat betekent dat er nauwelijks borden staan en al helemaal geen straatnamen. Het overgrote deel van de toeristen zijn Zuid-Afrikanen en Zimbabwanen en die komen over het algemeen vanuit het westen. Ons navigatiesysteem wil ons een vaag zijweggetje insturen, maar dat vertrouwen we niet helemaal. We blijven op de hoofdweg. Helaas moeten we Maputo nog een stuk dieper inrijden voordat we zelf op de kaart kunnen navigeren. Op een gegeven moment steken we een keurig geasfalteerde, nieuwe weg over langs een kanaal, die richting de hoogbouw loopt. Op dat moment zeg ik tegen Aldwin dat ik het gevoel heb dat we die kant op moeten en dat we eigenlijk op de weg beneden ons zouden moeten rijden. Het nav stuurt ons door townships en kleine, drukke straatjes waar de gezichtsuitdrukkingen van de mensen boekdelen spreken, toeristen komen normaliter niet door deze buurt! We rijden weer over een viaduct (dit keer in compleet tegengestelde richting als daarvoor). Het nav geeft aan dat we de afslag naar de weg beneden ons moeten nemen, maar... er is helemaal geen afslag! Dan zien we een taxibusje gewoon de zandhelling naar beneden afrijden en de weg op gaan. "Het is waarschijnlijk hartstikke illegaal, maar ga d'r maar gewoon achteraan!" roep ik tegen Aldwin. Eerst ziet hij het niet zo zitten, maar het alternatief is ook niet erg aantrekkelijk (blijven ronddwalen op een nav dat klaarblijkelijk ze ook niet allemaal op een rijtje heeft). En ja, na het korte off-road stukje draaien we zonder problemen de weg op en zie ik de eerste straatnamen verschijnen. Rond 15.45u komen we veilig aan bij het schitterende Polana Hotel. De buitenkant en de openbare ruimtes zijn prachtig, maar de kamer valt erg tegen. Later zou blijken dat een grootschalige renovatie gepland staat. De portier slooft zich uit om een perfect, veilig plekje voor onze auto te vinden (pal naast de hoofdingang van het hotel, veiliger kan niet). We laten ons wegzakken in de grote fauteuils in de bar en drinken een glaasje wijn. Dan blijkt dat het hotel wireless internet heeft en we gaan het internet even op om mail te checken en het nieuws. Ontzet lezen we het nieuws over de rellen in Johannesburg. Snel sms'en we wat vrienden en collega's in Johannesburg om na te gaan of alles ok is met hen. Gelukkig is niemand direct geraakt, maar wel vrienden en familie van hen.

Dag 31: Een land teveel

We hebben een uur nodig om vanaf de lodge bij de EN1 naar Maputo te komen. Het is onze op 1 na laatste dag van de reis en we zijn eigenlijk wel blij dat we straks weer thuis zijn. Vanaf Inhambane is het bijna 500km naar Maputo, maar de weg is over het algemeen van uitstekende kwaliteit. Alleen bij Chissibuzo (of zoiets?) wordt de weg weer een tijdje heel slecht. Bij Xai Xai betalen we 10 Mtn (Meticais Novo) tol voor de brug over de Limpoporivier. Vanaf daar is de weg weer perfect. We hebben inmiddels wel besloten dat we de volgende keer dat we naar Mozambique gaan, met het vliegtuig gaan! Het binnenland van Mozambique vinden we namelijk niet erg boeiend. Dit, in combinatie met het feit dat in grote delen van het land de kwaliteit van de wegen je tot wanhoop drijft, maakt dat we tot de conclusie komen dat Mozambique net 1 land teveel was voor de tijd die we beschikbaar hadden voor de reis.

zondag 18 mei 2008

Dag 30: Huis op stelten









Na het ontbijt dragen we de koelkast vanuit de keuken van Casa Rex naar de auto waarna we hartelijk afscheid nemen van Wendy. Op weg naar Inhambane (rond 08.30u vertrokken), dat zo'n 300km rijden is vanaf Vilanculos, begint het zowaar te regenen! We hebben ontzettend geluk gehad met het weer de afgelopen dagen. De weg is tot 30km voor Massinga uitstekend, vanaf daar is het weer een tijd afzien. Wendy had ons al gewaarschuwd, dus we waren erop ingesteld. Vanaf Massinga tot aan Inhambane is het perfect asfalt. We lunchen bij STOP! Een schattig restaurantje in Maxixe zoals we ze eigenlijk nog maar weinig hebben gezien in Afrika. Helaas is het eten wel ronduit waardeloos. Rond 13.30u zijn we bij de afslag naar de 24km lange zandweg naar Paindane Beach Resort. We proberen ze te bellen om de conditie van de weg na te vragen, maar krijgen alleen een voicemailbox. We durven het niet aan om de zandweg te rijden, zonder dat iemand ons daar verwacht (we hadden niet gereserveerd), dus bellen we Flamingo Bay, een lodge aan de noordkant van Inhambane. We krijgen ene Bill van de Barra Lodge aan de lijn, wat een zusterbedrijf blijkt te zijn van Flamingo Bay. Een paar minuten nadat we hem hebben opgehangen, belt Flamingo Bay terug om de reservering te bevestigen en ons te vertellen hoe we er moeten komen. Het is nog een behoorlijk stukje rijden en we zijn dan ook blij dat we zo op tijd in Inhambane waren. Rond 14.30u komen we aan bij de lodge. De auto moeten we aan het begin van een pad op stelten achterlaten om bij de receptie te komen. De lodge blijkt volledig op stelten te zijn gebouwd in een groot meer dat verbonden is met de oceaan. Het is een prachtig bouwwerk en de locatie is ook heel bijzonder, maar we zijn er niet zo blij mee dat we de auto met alle spullen onbewaakt moeten laten staan, zover verwijderd van alles. Een van de jongens die we naar de beveiliging vragen, zegt, "You should not worry, this is the land of the good people!" Uiteraard is dit voldoende om ons gerust te stellen...! We lopen over het plankier naar de lodge en checken in. Ons chalet is helemaal van hout en eveneens op palen gebouwd. We installeren ons met een drankje aan het zwembad en luieren de rest van de middag. Na een snelle douche genieten we van een werkelijk uitstekend diner aan een superromantisch tafeltje. Onze ober heeft zich extra uitgesloofd met bloemen en een speciale kaars op tafel. Net als we zijn gaan zitten, voel ik druppels. Ons tafeltje was op een mooi plekje naast het zwembad gesitueerd, maar ons optimisme "Het waait wel over" houdt geen stand. Na een paar seconden begint het te stortregenen en moeten we een stukje opschuiven om droog te kunnen zitten.

zaterdag 17 mei 2008

Dag 29: Onderwaterwereld





Om 07.30u vertrekken we op een snorkeltour naar het '2 mile reef'. We worden vergezeld door een pas getrouwd stel, een Italiaan en een Columbiaanse. Het is ongeveer een half uur varen naar het rif, waarvan een klein deel best spannend door de hoge golven. Als we het water in gaan, heb ik wat moeite om aan het masker en het mondstuk te wennen. Aldwin stelt voor om een lifejacket aan te trekken en dan gaat het stukken beter. We zien allerlei prachtige vissen, waaronder de clown fish (bekend van de film Finding Nemo), zeesterren, een enorme, prachtige witte kwal en piraatvissen. Veel te snel gaat de tijd! Onderweg terug naar de lodge gaan we langs Pansy eiland, een zandbank ter grote van een eiland, vlak voor de kust van Bazaruto eiland. Hier raap ik twee mooie Pansy schelpen op om mee naar huis te nemen, maar helaas zouden ze de reis niet overleven... De benzinetanks moeten gewisseld worden, maar door de haast (we zijn een beetje laat) komt er lucht in de leiding van 1 van de motoren. Rond 10.30u zijn we terug bij de lodge. Onze transfer is pas om 16.00u waardoor we alle tijd hebben om in de oceaan te zwemmen, te zonnen en te luieren. Als we rond 16.30u aankomen op het strand van Vilanculos, ziet het er in eerste instantie naar uit dat we geen vervoer hebben naar Casa Rex (waar we een tweede nachtje hadden geboekt en we onze auto en koelkast hadden achtergelaten), maar dan zien we het bekende busje weer aankomen. We zijn vanaf de boot door het water naar de kant gewaad op blote voeten, en iemand bemoeit zich met een teiltje water en een handdoek om onze voeten schoon te maken. Eenmaal terug bij Casa Rex wordt Aldwin weer lekker verwend met een massage terwijl ik via de pocket pc en het wireless netwerk van Casa Rex een bedankmail stuur naar Marlin Lodge. Wat een heerlijke plek. Nog een dagje extra was niet verkeerd geweest, of twee, of drie...

vrijdag 16 mei 2008

Dag 28: Zonsondergang in een klein paradijs





We worden naar het chalet begeleid en we kiezen ervoor de "sunset-tour" met een dhow te laten schieten, en gewoon op het strand voor ons chalet te genieten van de zonsondergang. Voor het diner praten we met Peter, een van de managers en mede-oprichter van de eerste lodge in de Bazaruto Archipel, over de opstart van toerisme in Mozambique ten tijde van de burgeroorlog. Vlak voordat we aan tafel gaan, brengt Kelly ons het goede nieuws dat we voor een kleine bijbetaling tot 16.00u kunnen blijven en gebruik kunnen maken van het chalet!

Dag 28: Een klein paradijs







Het is een stralende dag. Vanaf ons balkon kijken we uit over de enorme, blauwe Indische Oceaan met de witte vlekjes van de zeilen van de vissersbootjes. Na het ontbijt installeren we ons op een ligstoel aan het zwembad en brengen de tijd door met luieren, lezen, zwemmen en kletsen, slechts onderbroken door een heerlijke lunch. Daarna is het wachten op de transfer naar Benguerua eiland. We vinden het wel jammer dat ze ons zo laat pas kunnen ophalen (normaal is het rond 11.00u). Met een busje waar al twee andere, Britse stellen in zitten, worden we naar de motorboot gebracht. Heerlijk om op het water te zijn! Het is een half uurtje varen naar het eiland. Bij aankomst krijgen we eerst wat uitleg over de lodge en vullen we de nodige papieren in (het is ongelooflijk wat de regering van Mozambique allemaal wil weten!). We kunnen haast niet wachten om ons chalet te betrekken en in de Indische Oceaan in te duiken! Als we op de valreep Kelly nog even vragen naar de transfertijd van de volgende dag, schrikken we ons een hoedje. Dat zou al om 11.00 zijn. We vragen haar of het mogelijk is om later te vertrekken. Ze zou erachter aan gaan.

donderdag 15 mei 2008

Dag 27: Twee dagen gewonnen



Doordat we ons routeplan hebben aangepast en bovendien in 1x zijn doorgereden van Lilongwe in Malawi naar Chimoio in Mozambique, hebben we twee dagen extra te besteden aan de prachtige kust van Mozambique. Eerder hadden we al contact gehad met Marlin Lodge op het eiland Benguerua, het tweede eiland van de Bazaruto Archipel, omdat we daar een nacht wilden doorbrengen. Toen moesten we ervan afzien door de onhandige transfertijden (je reist er per boot of per vliegtuig naar toe). In het oorspronkelijke routeplan zouden we de volgende dag gelijk moeten doorrijden naar Inhambane, dus ging het niet lukken. Bij de lodge vraag ik of ze een ander telefoonnummer hebben voor Marlin Lodge, aangezien het nummer in de reisgids niet klopt. De manager laat me echter spontaan achter haar computer. Op mijn webmail zoek ik de communicatie met Hestha van Marlin Lodge even op en stuur haar een email. Dan zie ik tevens een ander telefoonnummer staan. Ik bel en krijg haar direct aan de lijn. Ze hebben nog twee luxury beach chalets vrij. Hestha neemt contact op met de lodge en zegt toe dat ik een telefoontje krijg ter bevestiging van de reservering en om de transfer naar het eiland af te stemmen. Tot mijn verbazing komt na een paar minuten Wendy, de Nederlandse (!) assistent-manager, naar me toegelopen. Telefoon voor jou, verbluft kijk ik haar aan. "Marlin Lodge voor je aan de telefoon!". Ze komen ons morgen rond 14.00u ophalen bij Casa Rex. Als dat allemaal geregeld is, is het tijd voor een lekkere douche en wat ontspanning. Aan het einde van de middag doen we een drankje in de buitenbar en genieten vervolgens van een uitstekend diner met de branding op de achtergrond.

Dag 27: Blauw is de lucht, blauw is de oceaan!









Hoe eerder we weg zijn uit de Pink Papaya en in de auto zitten naar Vilanculos hoe beter. Na de heftige gebeurtenissen en de lange dag van gisteren hadden we wel wat goede nachtrust kunnen gebruiken, maar in een waardeloze accommodatie als de Pink Papaya, kun je dat wel op je buik schrijven. Natuurlijk verwacht je van een backpacker's accommodatie geen 4 sterren kwaliteit, maar de Pink Papaya maakt het wel heel bont. Het is wel schoon en het Duitse stel dat de zaak een paar maanden geleden heeft overgenomen, is uitermate vriendelijk. Ze zullen alleen echt moeten investeren om er een succes van te maken. Om 06.00u zitten we aan het ontbijt en niet lang daarna is de auto gepakt en zijn we onderweg naar Vilanculos aan de kust, zo'n 471km vanaf Chimoio. Het is mistig en het miezert een beetje. We moeten nog even wennen aan de Portugese taal die overal op borden staat. Het lijkt alsof je ergens in Europa rijdt in plaats van Afrika! Hier en daar zien we ook wat mooie gebouwen in Portugese stijl. Het weer doet erg vreemd vandaag. We hebben alles gehad, behalve hagel en sneeuw. De weg is tot de brug over de Save rivier uitstekend, maar zodra we de brug over zijn, verslechtert de weg wederom enorm. Aangezien op dat moment het weertype regen weer van toepassing is en we het helemaal hebben gehad met de potholes, overwegen we linea recta richting huis te rijden. Bij de brug staat een bord met ´tol´, maar uiteindelijk is het eerder een road block, want een gewapende, streng uitziende agent vraagt om onze autopapieren en T.I.P. (Temporary Import Permit). We overhandigen de papieren en de Carnet waarna hij na enkele spannende minuten de papieren zonder een woord, en schijnbaar teleurgesteld dat er niets op aan te merken valt, teruggeeft. Tot ongeveer 100km voor Vilanculos blijft de weg slecht en de regen komt weer met bakken uit de lucht. We zijn al bang dat het helemaal geen zin heeft om aan de kust te verblijven met dit weer. Dan klaart het ineens ontzettend op! Strakblauwe lucht, stralende zon, 30 graden! Casa Rex blijkt een idyllisch plekje aan de oceaan te zijn. We parkeren de auto en besluiten eerst te gaan lunchen voordat we onze kamer betrekken.

woensdag 14 mei 2008

Dag 26: Bijna ongeluk





De Pink Papaya, ons overnachtingsadresje in Chimoio, had ons gemaild dat de weg van Tete naar Chimoio in goede conditie was en dat we het traject in zo'n 4 à 5 uur konden afleggen. Als we uit Tete wegrijden rond 14.30u, maken we ons dus totaal geen zorgen en zijn zeker niet voorbereid op het drama dat ons te wachten stond... Bij dagkilometertellerstand 484 is het raak. Nadat we Tete zijn uitgereden, verslechtert de weg dramatisch. Enorme potholes verschijnen over de hele breedte van de weg, soms van bijna een halve meter diep. We kunnen slechts stapvoets rijden en rijden voortdurend in slalom om de ergste potholes te vermijden. Allemaal vermijden gaat namelijk niet. De minuten gaan stukken sneller dan de kilometers. Gefrustreerd geven we dan ook gas op een stuk weg wat redelijk goed lijkt, er is geen ontkomen aan, met 120km p/u raken we vol een enorme pothole en verliezen controle over de auto. De onderkant van de auto raakt de asfaltrand van de pothole. Aldwin probeert nog te sturen, maar de auto gaat zijn eigen weg, het steile talud af. Het gebeurt allemaal in enkele seconden. Het stof trekt nog op als ik aan de lage kant van de gevaarlijk schuinstaande auto uitstap. Een graadje meer helling en de auto zou zijn gaan rollen. Terwijl ik sta te trillen van de schrik, houd ik drie vrachtwagens aan. Ze stoppen allemaal en uiteindelijk besluiten we (met minstens 30 zwarte mannen om ons heen) dat de kleinste van de drie zal proberen ons weer de weg op te trekken (zonder om te rollen). We bevestigen een sleepkabel aan de linkerachterkant (de lage kant) van de Jeep om hem achterwaarts de weg op te trekken. Er stopt nog een auto en de Indiaas uitziende mannen stappen uit en bevestigen onze keuze als de juiste. Het alles of niets moment is aangebroken. Aldwin gaat achter het stuur zitten, de mannen staan aan de lage kant van de Jeep om tegendruk te geven en ik geef de bestuurder van de truck de laatste instructies. Na een kortstondig, angstaanjagend verder overhellen is het binnen een paar seconden gepiept, de Jeep staat veilig en ongeschonden op het wegdek! We bedanken iedereen uitvoerig en schudden hun de hand! Kanjers, stuk voor stuk. Wat zijn we blij dat dit goed is afgelopen, dat we niet gewond zijn geraakt en dat het overdag is gebeurd, terwijl er hulp in de buurt was. Uiteindelijk hebben we slechts een half uur verloren door het ongeluk. Inmiddels is het 16.15u met nog meer dan 300km te gaan. We doen het rustig aan en hebben ons erbij neergelegd dat het erg laat gaat worden en we wederom door het pikdonker zullen moeten rijden. Na Guro verbetert de weg gelukkig waardoor we iets harder kunnen rijden. Om 17.30u is het donker. Dan gaat de weg ineens over in gravel. Het is een noodweg naast de hoofdweg omdat ze die opnieuw aan het asfalteren zijn. Na een tijdje worden we de hoofdweg weer op geleid en is de kwaliteit van de weg zodanig dat we uiteindelijk toch nog rond 19.45u bij de Pink Papaya aankomen. We zijn compleet uitgeput. We koken wat maiskolven en drinken er een glaasje wijn bij. Wat een reis!

Dag 26: Lange ruk





Door Maureen & Greg, de eigenaren van Kumbali Lodge, was ons aangeraden in één keer door te rijden naar Chimoio in Mozambique in plaats van halverwege te overnachten in Tete zoals wij van plan waren. Het is zo'n 750km dus het wordt nu wel een hele lange ruk. We besluiten echter het erop te wagen en zijn om 07.00u op pad. Eerst getankt en toen op zoek naar de weg naar Dedza, de grenspost die ons was aangeraden (in plaats van verder naar het zuiden te rijden, naar Zobué). Onderweg rijden we langs een mooie brug en later komen we erachter dat het de oudste brug van Malawi is (uit 1923). Bij de Dedza Pottery drinken we heerlijke koffie en eten we een stuk van hun beroemde cheesecake. Vlak voor de grens en na wederom een aanhouding bij een road block tanken we de auto nog even vol. De grens lijkt even lang te gaan duren, maar dan hebben we toch nog snel onze exit stempels. De Mozambikaanse grenspost gaat zelfs nog sneller. De 3rd party insurance (23 US dollar) is ook zo geregeld. Nog even 6 US dollar border tax (grensbelasting) betalen, wat dat dan ook mag zijn en dan zijn we rond 10.00u alweer op weg naar Chimoio (zo'n 655 km vanaf de grens). Om 14.00u zijn we in Tete (285 km vanaf de grens). We waren al gewaarschuwd door Greg dat de weg uitstekend was tòt 100km voor Tete, dus we zijn al ingesteld op de potholes die zich inderdaad aankondigen. We komen bij de brug over de enorme Zambezirivier en halen opgelucht adem als blijkt dat we de tol ook kunnen betalen in dollars, aangezien we nog geen meticais hebben. Gelukkig hebben we nog kleine dollarbiljetten, want het is maar 1 dollar om de brug over te mogen. We rijden eerst naar de bank en tanken vervolgens de auto weer vol. Op naar Chimoio!

dinsdag 13 mei 2008

Dag 25: "In Bed after Madonna"





Ondanks het ontbreken van warm water voor de douche kan onze waardering voor deze heerlijke plek (Mayoka Village aan Lake Malawi) niet stuk! We pakken de auto weer in, een vermoeiend werkje waar we behoorlijk van aan het zweten komen, aangezien we zo'n 150m steil omhoog tegen de heuvel moeten opklimmen om bij de parkeerplaats te komen. Een goede workout voor het ontbijt! Tijdens ons Farmhouse ontbijt maken we op het nippertje nog kennis met Caitlin, een Canadese die op doorreis is naar haar vader in Lesotho. Dan nemen we afscheid van iedereen, inclusief de Nederlanders. We waren graag nog een dagje langer gebleven. Rond 10.30u zijn we op weg naar Lilongwe, de hoofdstad van Malawi. Onderweg lunchen we bij de Nkhotakhota Pottery & Lodge die zo'n 4km van de hoofdweg af ligt, pal aan het meer. Na een goede lunch zitten we een uurtje later (om 14.30u) weer in de auto voor het laatste stuk. Rond 17.15u zijn we bij Kumbali Lodge, die we onderweg in de reisgids hadden opgezocht. Het is een werkende boerderij van twee Zuid-Afrikanen die, nadat ze bijna failliet waren, Zuid-Afrika hebben verruild voor Malawi. Als we naar de kamer worden begeleid, denken we eerst dat het een grapje is, maar het blijkt daadwerkelijk waar te zijn... Madonna heeft in de kamer overnacht waar wij vannacht slapen! Ze blijkt een jongetje te hebben geadopteerd uit de buurt en regelmatig hier terug te komen zodat hij zijn roots niet vergeet. Bovendien geeft ze geld aan diverse weeshuizen in de buurt. In een interview met de BBC verteld ze haar beweegredenen voor de adoptie (er zijn nogal wat voor- en tegenstanders namelijk). Als je de verhalen van de lokale mensen hoort, heerst er grote waardering voor haar en als je het ons vraagt, terecht!

maandag 12 mei 2008

Dag 24: Backpackers Paradise!





We verheugen ons bij het opstaan al op het ontbijt en de uitstekende Utengule koffie! Na een hartelijk afscheid van de medewerkers en Francis vertrekken we rond 08.45u naar de grens met Malawi. Het voordeel is dat we deze grenspost al eens hebben gehad en weten wat ons te wachten staat. De 3rd party verzekering die we op de heenweg hebben aangeschaft in Malawi, is nog steeds geldig, wat geld en tijd scheelt. In Malawi komen we weer een hoop road blocks tegen en zoals op de heenreis worden we bijna elke road block ook aangehouden. We maken ook ons eerste overduidelijke geval van corruptie mee. Een agent vraagt: 'What did you bring for us? Where is my present?'. En of we even ons adres willen geven, hij wil wel naar Nederland komen! Beleefd wimpelen we zijn opdringerige vragen af en rijden door. Onderweg nemen we contact op met Mayoka Village in Nkhata Bay aan het meer van Malawi om een campsite te reserveren. Rond 15.00u zijn we in Mzuzu waar we even naar de bank rijden en de tank volgooien. Het is vanaf daar een 40km lange, goede asfaltweg. We bellen Gray (van Mayoka Village) voor een routebeschrijving. Het centrum van Nkhata Bay is werkelijk het drukste wat we ooit hebben meegemaakt. We rijden stapvoets en hebben mensen aan alle kanten van de auto lopen en staan. Het is zo druk dat als we te ver zijn gereden, we door een bewaakt hek een dok oprijden en om toestemming moeten vragen om daar te keren. Het is namelijk de enige plek waar geen mensen lopen! Gray stuurt ons vervolgens de goede kant op. Het is een behoorlijk off-road traject en hij vertelt dat de meeste bezoekers van Mayoka Village backpackers zijn. Die sfeer heeft het inderdaad ook helemaal. Het is een waanzinnig mooie plek aan het meer en je voelt door de relaxte backpacker's "ooze" direct thuis. Je vergeet de rest van de wereld, de tijd staat stil, de spanning glijdt ter plekke van je af. De kampeerplekken blijken wat te klein voor die van ons (ook meer op backpackers berekend) dus nemen we een chalet. Gary haalt ons bovendien over om te eten in het restaurant, waar sowieso weinig overredingskunst voor nodig was! Het eten smaakt super en we maken kennis met alle personeelsleden (iedereen stelt zich voor) en andere gasten, waaronder... ja, daar zijn ze weer, twee Nederlanders, Femke & Floris en twee Israeliërs, Amit & Toba. Gary blijkt een ex-kapper te zijn die de gok heeft gewaagd om Zuid-Afrika te verlaten en R 20.000 te investeren in wat hutjes langs Lake Malawi. Anno nu is het een waar resort, maar zonder duurdoenerij. Hij is nog steeds aan het uitbreiden en we hopen maar dat ze ondanks de groei de bijzondere ambiance zullen weten vast te houden.

zondag 11 mei 2008

Dag 23: Er is er 1 jarig hoera hoera!





Aldwin is vandaag jarig! Na een vroeg verjaardagsontbijt (06.30u) zijn we rond 08.30u onderweg naar Mbeya waar we rond 13.00u aankomen. Het was een probleemloze reis, al zijn we wel veel vaker aangehouden bij road blocks dan op de heenreis, maar na een praatje konden we vaak zo weer doorrijden. Drie kwartier later zijn we bij de lodge. Francis komt ons letterlijk met open armen tegemoet. Het eerste (niet erg feestelijke) klusje dat we doen, is het uitzoeken van de was. Door het klimaat in Zanzibar en Dar Es Salaam was het hard gegaan met de kleding. Daarna lekker gedoucht en uitgebreid gaan lunchen om Aldwin's verjaardag te vieren. Eigenlijk hadden we gepland nu op Ilha do Mocambique te zijn, maar dit is een heel acceptabel alternatief met een Kilimanjaro biertje erbij! Terwijl Aldwin lekker een boek leest, kruip ik achter de computer om de lodges, hotels en campsites op de hoogte te stellen van de gewijzigde plannen. Drie smaken: 1. sorry we komen helemaal niet meer, 2. sorry dat we niet zijn geweest en 3. kunnen we wat eerder komen? De tijd vliegt en voor we het weten is het alweer 20.00u, tijd voor het diner. Bij het dessert gaan ineens alle lampen uit. Het voltallige personeel komt zingend naar buiten lopen terwijl twee van hen een enorme taart met kaarsjes tussen hen in dragen. Blijkt dat ze hadden gezien dat het Aldwin's verjaardag was aan het incheckformulier! We smullen er met zijn allen lekker van. Inmidddels was de was ook klaar, alleen nog niet droog, met als gevolg dat onze kamer een bijzondere decoratie krijgt van shirts, polo's, broeken, onderbroeken, bh's etc.!

zaterdag 10 mei 2008

Dag 22: Dar onder water





Vergeleken bij de afgelopen dagen kunnen we vandaag "uitslapen' (06.00u). Het is zo'n 500km naar Iringa en we hebben de weg tenslotte al eens gereden, we weten wat we kunnen verwachten (althans, later zal de afkorting T.I.A. weer goed van pas komen...). Door de hevige regenval is de volledige tuin van het hotel onder water gelopen. Terwijl wij ontbijten, loopt de brandweer rond met een grote slang om het water weg te pompen. We gaan eerst even langs de bank om geld te halen en rijden dan richting het vliegveld waar een Shoprite ligt. Helaas kost dit wat meer tijd dan we hadden gehoopt, aangezien er een lange rij staat. En met slechts 1 kassa open duurt het eeuwen voordat we hebben afgerekend. Vervolgens komen we in een megafile terecht. Door al het hemelwater zijn veel verkeerslichten ontregeld. Het verkeer wordt daarom door verkeersagenten geregeld, alleen deze ene verkeersagent heeft duidelijk het verkeerde vak gekozen. Pas rond 11.30u laten we de drukte achter ons. Onderweg bellen we de Utengule Coffee Lodge in Mbeya om een kamer te reserveren voor morgennacht. We krijgen de eerste echte regen van de vakantie over ons heen. Het houdt gelukkig niet lang aan. Dit keer kunnen we wel tanken bij de BP in Morogoro. Kort na Morogoro lijkt het erop alsof we zullen moeten omdraaien en overnachten in Morogoro. Er ligt namelijk een vrachtwagen op zijn kant dwars over de weg en het talud is te steil en zanderig om erlangs te kunnen rijden! Je weet echt nooit wat je te wachten staat in Afrika. Twee vrachtwagens zijn bezig de gekantelde vrachtwagen weer op zijn wielen te tillen. Het gaat uiteraard op zijn Afrikaans, hoezo veiligheid, het werkt toch?! Na een kwartier staat de vrachtwagen overeind, alleen zit nu de kabel waarmee ze hem overeind hebben getrokken, klem onder de banden. Een van de werklieden komt met een krik aan waarna de kabel kan worden vrijgemaakt en de vrachtwagen aan de kant kan worden getrokken. Uiteindelijk viel het oponthoud dus erg mee gelukkig. Ook nu komen we door het Mikumi National Park rijden en weer zien we o.a. buffels, giraffes en olifanten, maar dit keer ook enorme groepen bavianen. Op de bergweg door de Udzungwa Mountains worden we zowat van de weg gereden door een vrachtwagen die aan de verkeerde kant rijdt! Uiteindelijk zijn we blij dat we rond 18.00u veilig bij de inmiddels vertrouwde Riverside Campsite aankomen. We schenken een glaasje wijn in, maken een lekker maaltje klaar en praten na over de gebeurtenissen van de afgelopen dagen.

vrijdag 9 mei 2008

Dag 21: Terug naar Dar



Voor de tweede achtereenvolgende ochtend staan we om 05.00u op. Om 06.00u zijn we gedoucht en hebben we de auto ingepakt, waterflessen bijgevuld en brood gesmeerd voor onderweg. Tijdens het ontbijt praten we met Malcolm over de Old Boma, de NGO die erachter zit, hoe het is ontstaan (een multimiljonair die op een dag op zijn zeiljacht zat, zich druk maakte over zijn dochters die zonnebrandcrème morsten over zijn teakhouten dek en zich afvroeg: "Er moet toch meer zijn in het leven") etc. Zo geven ze kleine leningen uit aan ondernemende Tanzanianen, 98% van de 70.000 US dollar is tot op heden terugbetaald. Uiteindelijk rijden we later dan gepland (rond 07.30u) weg bij de Old Boma. Rond 09.00u zijn we in Lindi en tanken bij hetzelfde tankstation als de dag ervoor. De pomphouder herkent ons en vraagt hoe het kan dat we er alweer zijn. De reis verloopt gelukkig voorspoedig. Het 'zandduinenparcours' gaat een stuk sneller dan op de heenweg (3 i.p.v. 4 uur). Tegen het einde van het slechte stuk verbazen we ons erover dat we gisteren niet al veel eerder zijn omgekeerd. Rond 16.30u bereiken we Dar Es Salaam. Bijna thuis, denken we nog... En dan, enorme verkeerschaos! Blijkt dat eerder die dag een enorme wolkbreuk is geweest. Hele straten staan onder water (bijna een meter hoog!), normale personenwagens kunnen er vaak niet eens doorheen komen. We proberen allerlei routes, maar elk alternatief is even hopeloos als het vorige. Een weg blijkt zelfs helemaal verzakt. Het is van de rand van Dar naar het hotel misschien een kilometer of vijf, maar het kost ons anderhalf uur om er te komen. Uiteindelijk zijn we dan toch in het hotel. Het is lang niet zo mooi als het Kempinski, maar de kamer is ok en het eten bij de Italiaan is onverwacht uitstekend!

donderdag 8 mei 2008

Dag 20: Rechtsomkeert



De Old Boma is een 100 jaar oud fort dat is verbouwd tot een prachtig hotel. Het wordt gerund door Trade Aid, een non-profit trust, dat als doel heeft duurzame werkgelegenheid te creeëren. Ze maken nog even wat te eten klaar voor ons, maar dat is echt waardeloos. De hotel manager (Malcolm) heeft slecht nieuws voor ons. Een Zwitsers stel is een paar dagen geleden in de Old Boma geweest en is vanuit Mozambique de Rovumarivier overgestoken naar Tanzania. Zij vertelden dat de wegconditie abominabel was. Ze moesten door riviertjes rijden, tegen steile modderhellingen op etc. Dit stuk van de reis zagen we vanaf het begin al erg tegen op. Vanwege de slechte wegen waar Noord-Mozambique om bekend staat en het feit dat we met een ferry de rivier moesten oversteken wat alleen bij hoog water kan. We hakken de knoop door en besluiten rechtsomkeert naar Dar Es Salaam te gaan en via Malawi de grens met Mozambique over te gaan. Het risico is te groot, we zijn alleen, de grensovergang bij Mtwara wordt slechts sporadisch door voertuigen gebruikt, er is geen mobiele telefoonontvangst etc etc. We zijn enorm teleurgesteld en zien ertegen op om weer het slechte stuk van 60km te moeten rijden, maar we voelen ons wel goed onder het besluit. We werken een nieuwe route uit en reserveren een kamer in het Mövenpick Royal Palm Hotel in Dar Es Salaam voor morgennacht (het Kempinski was helaas volgeboekt). Het is laat als we eindelijk gaan slapen.

Dag 20: Afzien

Het is inmiddels 14.30u met nog meer dan 300km te gaan. We willen tanken en daarvoor moeten we omrijden naar Kilwa. Volgens de reisgids zou het maximaal op 12km van de hoofdweg af moeten liggen, maar het is veel verder! Het lijkt er even op dat we onverrichterzake de meer dan 20km weer terug moeten rijden, aangezien we nergens in het dorp een pomp met benzine (ook geen gelode) kunnen vinden. Uiteindelijk is het bij het derde station raak. En volgens de pomphouder is het zelfs ook nog ongelode benzine. We kunnen hem wel zoenen! Met de tank tot de nok toegevuld, rijden we door naar Lindi. Daar gooien we wederom de tank vol bij een voormalig BP tankstation. Het begint al te schemeren als we aan de laatste 100km beginnen. Tot overmaat van ramp verslechtert de weg ook nog eens dramatisch. In het pikdonker rijden, is al geen pretje (vanwege alle voetgangers en dieren op de weg), maar met potholes erbij is het helemaal link. Je hoeft er maar eentje over het hoofd te zien en je kunt de auto aan gort rijden. Dan gaat de weg ineens weer over in een gravelweg. Blijkt dat ze het asfalt aan het vervangen zijn. We zijn moe en hebben het gehad. Als we door een dorpje komen rijden, wordt er ook nog ineens grind naar de auto gegooid door een stel baldadige kinderen. Aldwin had zijn raam open, maar gelukkig krijgt hij niets in zijn ogen. Rond 19.30u rijden we Mikindani binnen en zien een bord van de Old Boma. Er lijkt echter geen doorgang in de vangrail te zijn (moeilijk te zien in het pikdonker), waardoor we nog een stukje doorrijden en de Old Boma bellen. We zien een tweede bord maar de richting die wordt aangegeven lijkt ons erg onwaarschijnlijk. Een auto achter ons blijkt ook op zoek te zijn (een Tanzaniaan en... een Nederlander! We komen ze echt overal tegen!). We rijden achter elkaar aan en dan kunnen we eindelijk de auto parkeren en bijkomen van de monsterrit.

Dag 20: Shaken not stirred!



Om 05.00u gaat de wekker. We pakken de auto in, ontbijten snel even en checken dan uit. Rond 07.30u zijn we onderweg van Dar Es Salaam naar Mtwara (in het zuiden van Tanzania, aan de grens met Mozambique). Op aanwijzingen van de receptie vinden we in een keer de goede weg, maar het kost toch behoorlijk wat tijd om de stad uit te komen. Het is erg druk en ze zijn met de weg bezig wat de route extra exotisch en chaotisch maakt. Als we dan eenmaal de stad achter ons hebben gelaten, is het puur genieten. Wuivende palmbomen, rieten hutjes, groene bossen èn... glad asfalt! We komen wel, zoals ook in Zambia en Malawi, enorm veel voetgangers en fietsers tegen. Het is ongelooflijk wat ze op de bagagedrager al niet vervoeren: enorme zakken kolen, bossen hout, duizenden eieren in kartonnen dozen, gigantische zakken meel en ga zo maar door. We maken goede vorderingen en verheugen ons al op een vroege aankomst. Maar als we de brug over de Rufijirivier over rijden, is het in een klap gedaan met ons optimisme. Het asfalt houdt abrupt op en gaat over in een zandweg! Was het een goede gravelweg geweest dan was het te overzien geweest, maar het is alsof we door een zandduinlandschap ploegen. Door de hevige regens van het afgelopen seizoen is de weg veranderd in een hindernisparcours. Van de Old Boma in Mtwara, waar we vannacht zouden overnachten, hadden we begrepen dat 90% van de weg was geasfalteerd en goed te doen was. Hij had alleen verzuimd te melden dat het ongeasfalteerde stuk zo slecht was. Na misschien 5km en een half uur verder houden we een taxibusje aan en vragen hoe lang het slechte stuk nog is. Hij geeft aan dat het in totaal zo'n 60km is tot de weg weer verbetert. Dit zou kloppen met de 10% die de Old Boma had doorgegeven, aangezien de afstand van Dar naar Mtwara zo'n 600km is. We besluiten door te zetten en uiteindelijk halen we na 4 uur hotsen en stoten opgelucht adem, asfalt! En van goede kwaliteit.

woensdag 7 mei 2008

Dag 19: Afscheid van de krater





Het is weer een stralende dag. Tot nu toe hebben we weinig meegemaakt van het regenseizoen. Onze tassen zijn gepakt en weer moeten we afscheid nemen. Vandaag vliegen we terug naar Dar Es Salaam. Onderweg naar de airstrip doen we nog snel even wat inkopen. Als we aankomen bij de airstrip staat het vliegtuig al op ons te wachten. En weer is het Elizabeth die ons vliegt! "Jullie weten inmiddels hoe alles werkt, dus ik hoef jullie niets meer te vertellen!". We vliegen eerst naar Arusha, daar stappen we over op een vliegtuig naar Dar Es Salaam (met een korte stopover in Zanzibar). Na de landing in Arusha wijzen we onze bagage aan die vervolgens door het grondpersoneel in het juiste toestel wordt overgeheveld. We nemen afscheid van Elizabeth en worden vervolgens naar het kantoortje van Coastal Air begeleid voor de check-in. Na nog niet eens 10 minuten vertrekken we alweer naar Dar. Afgezien van wat turbulentie tijdens de tussenlanding op Zanzibar verloopt de vlucht prima. Nadat we veilig zijn geland in Dar, zien we niemand van CC Africa, dus bellen we Beda. Die blijkt op slechts 2 minuten loopafstand van ons in zijn kantoortje te zijn. Hij haalt ons op en regelt een taxi naar het Kilimanjaro Hotel Kempinski. Zodra we daar aankomen, lopen we naar de Bureau de Change. Deze blijkt tot 20.00u open te zijn dus gaan we eerst pinnen. Helaas werkt de geldautomaat in het hotel zelf niet. Terwijl we inchecken, vragen we na waar we kunnen pinnen en inkopen kunnen doen. Als we net op de kamer zijn, gaat de bel. Verbaasd doet Aldwin open en dan staat er een ober voor de deur met een fles rode wijn, complimenten van het hotel! We vragen hem de wijn open te maken, maar nog niet in te schenken, aangezien we eerst nog even geld willen halen en boodschappen. De Stanbic blijkt om de hoek te liggen en de supermarkt een paar straten verderop. We halen geld en boodschappen en brengen alles naar de kamer. We pakken de auto in voor zover mogelijk, nemen een douche en gaan dan dineren in het Oriental Restaurant van het hotel. Het eten is uitstekend, maar veel te veel! We vragen ze daarom om een 'doggy bag' en stoppen het in de koelkast. Wellicht komt het later gedurende de reis nog van pas.

dinsdag 6 mei 2008

Dag 18: De Krater











Om 06.30u wordt het ontbijt geserveerd en een krap uurtje later dalen we via de steile, eenrichtingsweg af naar de bodem van de krater. We worden verwelkomd door een dik-dik, onze favoriete mini-antilope. Daarna volgt een scala aan wildlife: hyena's, buffels, Grant's Gazelles, olifanten met enorme slagtanden, Thomson Gazelles, wildebeesten, nijlpaarden, zebra's, leeuwen, neushoorns, flamingo's etc etc. Als we aan het einde van de middag de krater uit willen rijden, krijgen we een lekke band. We wisselen hem snel om en beginnen dan aan de steile klim tegen de kraterwand op door een soort regenwoud. We genieten na met een drankje op het terras van de lodge, die op de rand van de krater is gebouwd.

maandag 5 mei 2008

Dag 17: Vertrek naar de krater











Rond 10.30u vertrekt onze vlucht vanaf de Seronera Airstrip naar de Ngorongoro Crater, d.w.z. de Lake Manyara Airstrip. Vanaf daar is het nog zo'n anderhalf uur rijden naar de krater. Weer Regional Air en weer Elizabeth! We raken in gesprek over onze ervaringen en over Hugo van Lawick en dan blijkt dat zowel zij als haar zus voor hem heeft gewerkt. Haar zus heeft drie jaar voor hem gewerkt als camp manager en heeft geholpen bij de afbraak van het kamp toen hij de Serengeti verliet. Het is ongeveer 40 minuten vliegen naar de Lake Manyara Airstrip. Daar worden we opgevangen door Ismail (die we de groeten moesten doen van Ombeni). Via een goede asfaltweg rijden we naar de gate van het Nationale Park. Vanaf daar is het een (erg) slechte gravelweg. Ismail geeft aan dat hij (en met hem vele anderen) ontevreden is over het bedrijf dat momenteel de wegen onderhoudt. Volgens hem is het te wijten aan corruptie dat er geen ander bedrijf wordt ingeschakeld. Diverse landslides geven aan hoe zwaar de regens zijn geweest in de afgelopen tijd. Eén ervan lijkt wel een rivier! Onderweg stappen we uit bij een uitzichtspunt vanwaar we een fantastisch uitzicht hebben over de indrukwekkende krater. Bij aankomst in de lodge zijn we wederom sprakeloos. Het is alsof we ons eigen sprookjespaleis zijn ingestapt. We zijn de enige gasten die nacht. We ontnuchteren een klein beetje door het gebruikelijke 'sign-your-life-away' papierwerk, maar als ze ons naar ons chalet begeleiden, voelen we ons werkelijk royalty! Als we een beetje zijn bijgekomen van alle indrukken, schuiven we aan voor een uitstekende lunch. In overleg met Ismail besluiten we het ons gemakkelijk te maken in de lodge en niet gelijk de krater in en uit te stormen. Aldwin krijgt een heerlijke massage, terwijl ik een beetje slaap inhaal. 's Avonds is het koud waardoor we erg blij zijn met het enorme haardvuur in de kolossale marmeren schouw naast onze dinertafel.

Dag 17: Serengeti Symphony









Ook vandaag staan we vroeg op. Het is onze laatste dag op de Serengeti... Het afscheid van het team is hartelijk maar ook een tikkeltje triest. Elk van hen hebben we zo goed leren kennen (en zij ons) dat het voelt alsof je afscheid neemt van goede vrienden. In een paar dagen tijd hebben ze onze voorkeuren en stemmingen perfect leren aanvoelen en zijn we ingewijd in hun persoonlijke levens. Terwijl Ombeni ons via een omweg naar de airstrip rijdt, overvalt ons het 'Serengeti Symphony-gevoel'(een film van Hugo van Lawick, een Nederlandse filmmaker die 30 jaar op de Serengeti heeft gewoond en gewerkt). In de dagen dat wij ons in het CC Africa kamp bevinden, is de Great Migration begonnen. Het centrale deel van de Serengeti is waar de wildebeesten zich verzamelen en uitgroeien tot een 'megaherd'. Onderweg naar de airstrip rijden we er dwars doorheen, honderdduizenden wildebeesten en zebra's kleuren de vlaktes zwart. Het is gewoon niet te bevatten!



Klik hier voor meer Great Migration videos.